Bram Bregman
Bram Bregman fam. Bregman

Komt Houten ooit aan zee te liggen?

13 augustus 2020 om 11:34 Natuur en milieu

HOUTEN Voor het eerst heeft de droogte in Nederland vanaf 2018 doorgewerkt in het derde opeenvolgende jaar. Het zou Bram Bregman niet verbazen als er een omslagpunt is bereikt door de voortdurende opwarming van de aarde. Bregman is hoogleraar klimaatverandering wetenschap en beleid. Het DuurzaamheidsFonds Houten vroeg hem voor dit verhaal.

Bram Bregman houdt zich al lange tijd bezig met het klimaat. Eerst als onderzoeker, daarna als Nederlands vertegenwoordiger in het klimaatpanel van de Verenigde Naties, als manager klimaatverandering bij het KNMI en als klimaatadviseur bij de Wageningen Universiteit (WUR). “Rond 2016 begonnen we ons echt zorgen te maken om het smelten van het westelijke schiereiland van Antarctica. Dat gaat in zo’n rap tempo dat volgens sommige glaciologen het omslagpunt van dit schiereiland is bereikt. Dat betekent dat het schiereiland sowieso gaat afsmelten, ongeacht of de temperatuur verder stijgt of niet. Met een meter of zes zeespiegelstijging tot gevolg. Dan zou Houten zomaar aan zee kunnen liggen." Wanneer dat gebeurt, is niet nauwkeurig in te schatten. Volgens sommigen duurt dit nog vele eeuwen, volgens anderen binnen 200 jaar. Hoe gaat Nederland zich hierop voorbereiden? "Veel infrastructuur in Nederland staat langer dan 80 tot 100 jaar. We zullen in onze ruimtelijke inrichting dus meer flexibiliteit moeten inbouwen, meer veerkracht tegen toekomstige klimaatverandering. Voor de bescherming tegen overstromingen heeft de Rijksoverheid een deltaprogramma ingericht waarin flexibiliteit is ingebouwd", aldus Bregman. “Het is een mooi voorbeeld van meebewegen als het nodig is en tot nu toe heeft dit goed gewerkt. Maar voor de toekomst moeten we voorbij de watersector naar de hele ruimtelijke inrichting kijken. We moeten niet in de waan komen dat we de toekomst voldoende kunnen inschatten en op dezelfde voet verder kunnen gaan. Met de voortdurende opwarming zullen we meer rekening moeten gaan houden met het onverwachte. De Corona-uitbraak laat de noodzaak hiertoe overduidelijk zien."

We zullen in onze ruimtelijke inrichting dus meer flexibiliteit moeten inbouwen, meer veerkracht tegen toekomstige klimaatverandering

TOEKOMSTBEELD Daarom heeft Bregman aan de WUR meegewerkt aan een toekomstbeeld van Nederland met een ruimtelijke inrichting die voldoende flexibiliteit geeft om een forse zeespiegelstijging aan te kunnen. Hierin krijgt water de ruimte met een prachtig groen landschap, aangepaste landbouw op land en zee en aantrekkelijke steden met veel groen en water. De achterliggende gedachte was inspireren met een mooi veerkrachtig land en niet doemdenken zoals vaak gebeurt met klimaatverandering. Het beeld sloeg aan en kreeg veel media-aandacht. De vraag kwam vervolgens op hoe we dat beeld kunnen vertalen naar de huidige politieke en bestuurlijke realiteit waarin de kortetermijn-problemen domineren. Dan blijkt dat het mooie inspirerende toekomstbeeld te ver weg ligt voor beleidsmedewerkers, ministers, bestuurders en politici.

SECTROEN EN BELANGEN Bregman was dan ook erg blij dat hij begin 2020 kon gaan werken als sectorhoofd Natuur en Landelijk Gebied bij het Planbureau voor de Leefomgeving: “In deze positie komt alles samen. Het landschap staat centraal in de ruimtelijke inrichting van Nederland en de natuur speelt een belangrijke rol in het verhogen van de veerkracht tegen klimaatverandering. Bovendien staat het planbureau heel dicht bij de rijksoverheid, waardoor je een grote impact kunt hebben op beleidsvorming.” Hij kwam direct midden in de realiteit terecht van de boerenprotesten rondom de stikstofcrisis. Deze crisis ontstond doordat stikstof op het land teveel schade aan de natuur toebrengt. De landbouw levert daarin de grootste bijdrage. Bregman: “Dit maakt direct duidelijk waarom zo’n mooi toekomstbeeld niet landt. Je moet rekening houden met verschillende sectoren en belangen. Bovendien is het voor bewindspersonen en bestuurders lastig de lange termijn in het vizier te houden in de waan van de dag. Daar komt nog bij dat er elke vier jaar verkiezingen zijn die de koers weer doen veranderen. Daarom is het onze taak de oplossing van de stikstofcrisis te koppelen aan langetermijn-natuurherstel, die ook rekening houdt met andere doelen, zoals klimaatverandering en duurzame landbouw, maar ook met de woningnood. Samen met veel anderen werkt Bregman aan toekomstverkenningen die rekening houden met deze doelen. Dit moet leiden tot meer veerkracht voor onverwachte gebeurtenissen. De relatie tussen landbouw en natuur speelt een hoofdrol omdat meer dan 70% van al het land een landbouw- of natuurfunctie heeft. Door natuur en landbouw meer te verweven wordt er meer water vastgehouden en kan de landbouw verduurzamen. Door steden groener te maken hebben ze minder last van hittestress en kunnen ze meer water vasthouden. En met natuurlijke overgangszones tussen het stedelijk gebied en het platteland en tussen natuur- en landbouwgebieden kunnen we de natuur voldoende versterken. We moeten rechtszaken en daarmee een nieuwe stikstofcrisis zien te voorkomen”. En alsof dat niet voldoende is moeten de klimaatdoelen ook worden bereikt in hetzelfde gebied. Windmolens, zonneweides en bosaanplant om koolstof op te slaan. Bregman: “Het is een enorm uitdagende puzzel met conflicterende belangen en ruimteclaims in een klein gebied.”

Door stap voor stap de puzzel op te lossen kunnen we een veerkrachtig Nederland makenNATUURPACT Bregman en zijn sector hebben onlangs de evaluatie van het beleidsprogramma Natuurpact uitgebracht van het Rijk en de provincies samen. Het advies is om als Rijk en regio samen te werken en maatwerk toe te passen om deze puzzel op te lossen. Wel moet het Rijk randvoorwaarden stellen en niet alles aan de regio overlaten. Bregman: “Ook dit verklaart waarom ons Wageningen toekomstbeeld niet landde. Je zult eerst de randvoorwaarden op nationaal niveau moeten scheppen en rekening moeten houden met verschillende gebruiksfuncties voordat je de volgende stappen zet." Het Rijk besteedt veel geld aan het oplossen van het stikstofprobleem, het versterken van de natuur en het beschermen tegen overstromingen. Het is zaak dat dit geld zo optimaal mogelijk wordt besteed. Het is niet slim om ergens een wijk te bouwen en na tien of twintig jaar erachter te komen dat het geen slimme plek is. Bregman en zijn sector gaan ook bekijken welke rol klimaatverandering speelt in deze puzzel. Er zijn aanwijzingen dat toenemende temperatuur en droogte de natuur zodanig zal verzwakken dat de natuurversterking teniet wordt gedaan. Het is belangrijk dit in kaart te brengen om vroegtijdig te anticiperen en zo nodig er een schep bovenop te doen. Zo worden we niet verrast. Door stap voor stap de puzzel op te lossen kunnen we een veerkrachtig Nederland maken. Bregman: “Het is een proces van lange adem en we hebben nog tijd. Alleen moeten we nu doorpakken en niet langer wachten.”

En komt Houten aan zee te liggen? Bregman: "Ik hou niet van schrikbeelden. Ook als we voorbij omslagpunten zouden zijn en een zeespiegelstijging van zes meter niet meer is tegen te houden. Onze soort, de Homo Sapiens heeft extremere tijden overleefd. En vandaag de dag zijn we tot veel meer in staat dan vroeger. Ik ben optimistisch gestemd.”

Bram Bregman (1964) woont samen in Houten en heeft twee dochters. Hij studeerde in Wageningen en promoveerde in Utrecht.

DuurzaamheidsFonds Houten

advertentie
advertentie